ZITTING 3O MEI 2002

Punt 14: Verslag over de uitoefening van het mandaat intercommunales

Deze mandaathouders moeten twee maal per jaar verslag uitbrengen over de uitoefening van hun bestuursmandaat.

Nr. 32 wenst enkele gerichte vragen te stellen en raadpleegt daartoe de toelichtingsnota; die verwijst lakoniek door met “zie bundel”. Over dus naar “bundel”, maar eilaas, daar blijken slechts 2 informatienota's in te steken! (IKA 2001 & IVEKA).

Onze medewerker vervolgt: Bij mijn weten zijn er nog een tiental andere intercommunales, wier mandaathouders het dus overbodig vinden de geïnteresseerde burger te informeren. Of zijn dat misschien allemaal mandaathouders van het kaliber dat we hier vorige maal op de VLD-banken aan het woord hebben gehoord: kompleet niet opgewassen tegen hun taak?

Daarom stel ik voor dat tegen volgende maal (dit jaar dus nog) iedere mandaathouder volgende gegevens vóór de zitting in de bundel bij de stukken zou voegen:

1. Informatienota over de vergaderingen en activiteiten, met aandacht voor de punten die speciaal onze gemeente Schoten aanbelangen. (Zoals raadslid Dieltjens dat voor vandaag voortreffelijk heeft gedaan – of heeft laten doen – in de informatienota IKA 2001).

2. Het juiste aantal vergaderingen, studiereizen of infosessies met aanduiding van eventuele afwezigheden. (Kwestie van niet meer die pijnlijke situatie te moeten beleven zoals enkele jaren terug waar raadslid Fr.v.Th. hier jammerlijk door de mand viel toen de brave borst onverhoeds aan de tand werd gevoeld en uiteindelijk moest toegeven dat hij zijn taak de laatste vergaderingen schromelijk had verwaarloosd.)

3. Tevens een aanduiding van het aantal persoonlijke tussenkomsten van onze mandaathouders met in het kort de algemene teneur van hun interventie(s). (Zodat we duidelijk kunnen zien of daar iets meer gepresteerd wordt dan zitpenningen rapen.)

4. Een optelsommetje van alle prebenden, emolumenten, zitpenningen en andere gratificaties, zo in baar als in natura, die onze mandaathouders de voorbije periode hebben opgestreken.

Geef toe, heer burgemeester, dat ik deze tussenkomst simpel en verstaanbaar heb gehouden, geen geschiedenis, geen chemische formules, geen Latijnse soortnamen, ditmaal moet het dus lukken om antwoord te krijgen – de vraag dan:

VRAAG: Acht u mijn voorstellen 1, 2, 3 en 4 geschikt om ze tegen volgende maal in praktijk te brengen? En ik zal het u nog makkelijker maken: u mag antwoorden via multiple choice met A voor ‘ja', met B voor ‘nee' en C voor ‘weet niet, zullen zien'. Ik dank u.

ANTWOORD: Onze heer burgemeester weigert gewoon te antwoorden. Het enige dat we terzake uit zijn mond kunnen noteren: Meneer Vereyken, zie dat ge volgende maal meer stemmen haalt zodat ge verkozen zijt. Ook tijdens de openbare zitting wordt geen aandacht besteedt aan de hier geformuleerde voorstellen en vraag.

Punt 23: Meedenkende gemeente

Het betreft hier een interpellatie van Agalev-raadslid Dirk Gadeyne die zich zorgen maakt over de achterstand die het projekt ‘meedenkende gemeente' uit het bestuursakkoord oploopt.

Konkreet wil de interpellant o.m. weten hoever het staat met het ‘burgerinitiatief' (geeft burger het recht zelf onderwerpen op de politieke agenda te plaatsen.)

Schalks zal Dirk er nog aan toevoegen: sommige mensen uit de publieke tribune vonden dit een zeer interessant idee!

Onze nr. 32 vertelt het volgende:

We kijken met spanning uit naar de antwoorden van het college, inzonderheid naar de datum waarop de burger zelf punten op de politieke agenda zal kunnen plaatsen.

Te veel heikele punten worden in deze gemeente nog ‘en petit comité' bedisseld of geregeld en vervolgens met de karwats van de partijtucht door de gemeenteraad gejaagd, ‘demokratisch' gestemd dus door raadsleden die de draagwijdte der goed te keuren punten niet of niet ten volle begrijpen.

Wie dacht dat ik alleen sta met dit standpunt, leze aandachtig het boekje ‘Milieumémoires' van Pol Staes.

Zo zouden hier eindelijk onderwerpen aan bod kunnen komen die de Schotenaar echt interesseren: verstedelijking, appartementitis, ruimtelijke ordening, drugsgerelateerde criminaliteit, asielzoekersproblemen, de prioriteiten in de zonale en lokale veiligheidsplannen…

Ik wens raadslid Gadeyne alle sukses toe met zijn interpellatie en verwacht straks duidelijke antwoorden van ons bestuur.

ANTWOORD: Duidelijk zijn de antwoorden allerminst. Schepen Peter Pauwels vraagt geduld, want de planning kan niet aangehouden worden ‘ ofschoon we het zelf sneller hadden gewild'.

Wat het burgerinitiatief betreft: 'sommige partijen zijn daarover nog aan het nadenken. Het is tenslotte niet dringend'. De heer schepen verwacht uitspraken over het spreekrecht tijdens de VIRI-commissie van juni.

Om af te sluiten grijpt nr. 32 nog even terug naar het verslag.

Punt 1: Verslag vorige zitting

Het is me bekend dat vragen vanuit de publieke tribune niet dienen opgenomen in het verslag. Eveneens dat mevrouw secretaris meester is van het verslag en zich tussen twee haakjes naar mijn bescheiden mening voortreffelijk kwijt van deze moeilijke taak. Toch zou ik willen weten waarom de voor mij denigrerende opmerking, midden in de openbare zitting door schepen Nico Vissers (CD&V) naar mijn hoofd geslingerd, niet staat genoteerd? Het betrof hier punt 7: Werkingsverslag 2001 Jeugdwerk.

ANTWOORD: zoals steeds: de secretaris is meester van het verslag en daarmee basta.

Toch nog even verduidelijken: het is vanwege de schepen niet alleen onbeschoft een antwoord te weigeren op duidelijk geformuleerde vragen, daarenboven is het tegen de gemeentelijke reglementen.

Erg onsportief is het ook de vragensteller later, tijdens de openbare zitting, aan te vallen op 'n moment dat deze zich niet meer mag verdedigen. Onze schepen zou beter niet te hoog van de toren blazen want tijdens de bespreking en goedkeuring van het bewuste dokument in de jeugdraad van 16 april had hij zijn kat gestuurd!
Blijkbaar schrik dat nr. 32 beter op de hoogte zou zijn van de inhoud, Nico?